Belastingplan 2016; De highlights voor de dga en vermogend particulier

Op 15 september 2015 is het Belastingplan 2016 aangeboden aan de Tweede Kamer. De voor dga en particuliere vermogensbezitter meest in het oog springende wijziging is dat de vermogensrendementsheffing in box 3 op de schop gaat, de conserverende aanslag voor de emigrerende dga wordt gewijzigd en de verruimde schenkvrijstelling voor de aanschaf van een eigen woning komt terug. 
Het is opvallend dat de aanpassing van box 3 pas op 1 januari 2017 ingaat. Dat betekent dat ook in 2016 nog steeds de discussie voort zal gaan over de strijdigheid van de huidige vermogensrendementsheffing met Europees recht. 
Verder valt op dat er een aantal wijzigingen worden doorgevoerd in de tarieven en schijven van box 1 (werk en woning) en enkele heffingskortingen. 

Voor ondernemers met een eenmanszaak wijzigt er weinig. 
Het Belastingplan 2016 zal in de komende weken worden behandeld in de Tweede Kamer. Het is mogelijk dat het Belastingplan 2016 nog wordt aangepast.

Vermogensrendementsheffing in box 3 op de schop

Het kabinet stelt een hervorming van de vermogensrendementsheffing in box 3 voor. In de huidige vermogensrendementsheffing wordt uitgegaan van een verondersteld rendement van 4%, onafhankelijk van het werkelijk behaalde rendement en de hoogte van het vermogen. Het veronderstelde rendement wordt vervolgens belast met 30% inkomstenbelasting. Gecombineerd beschouwd is de vermogensrendementsheffing ook wel bekend als een heffing van 1,2% over het vermogen. 
Het huidige tarief is velen een doorn in het oog, vooral omdat het veronderstelde rendement thans niet haalbaar is voor veel mensen. Hier wordt iets aan gedaan. Of vooral vermogende particulieren daar beter van worden, is zeer de vraag. Invoering is beoogd per 1 januari 2017. In 2016 wijzigt er derhalve nog niets.

In het voorstel van het kabinet wordt afhankelijk van de hoogte van het vermogen uitgegaan van een verondersteld rendement dat tegen een tarief van 30% wordt belast. De veronderstelde rendementen hebben wij hieronder opgenomen.

Vermogen

Verondersteld rendement

Inkomstenbelasting

Gecombineerd beschouwd

0

€ 25.000

vrijstelling

30%

0%

€ 25.001

€ 100.000

2,9%

30%

0,87%

€ 100.001

€ 1.000.000

4,7%

30%

1,41%

€ 1.000.000

-

5,5%

30%

1,65%

Het heffingvrije vermogen wordt per 2017 verhoogd van € 21.330 naar € 25.000. Fiscaal partners zijn per 2017 over de eerste € 50.000 vrijgesteld van vermogensrendementsheffing. Met name vermogende particulieren gaan meer vermogensrendementsheffing betalen. Ten opzichte van de huidige 1,2% heffing heeft de nieuwe vermogensrendementsheffing, afhankelijke van de hoogte van het vermogen, een verhoging tot gevolg. Voor vermogens boven € 1 miljoen stijgt de belasting van thans 1,2% naar 1,65%. Bij lagere vermogens daarentegen daalt dit tot 0,87%.

Conserverende aanslag voor emigrerende dga gewijzigd

De emigratie van een dga leidt tot een belastbaar feit voor de inkomstenbelasting. Van afrekening is echter geen sprake. De Nederlandse fiscus legt namelijk een zogeheten conserverende aanslag op. Die wordt niet geïnd. In die aanslag is de waardeontwikkeling van de aandelen in de periode voorafgaande aan emigratie opgenomen. Met de conserverende aanslag is bedoeld belastingheffing over de periode in Nederland veilig te stellen. Echter, de conserverende aanslag dient alleen te worden voldaan indien de aandelen worden verkocht of nagenoeg alle winstreserves in de vennootschap aan de dga worden uitgekeerd. In alle andere gevallen komt de conserverende aanslag te vervallen na tien jaren verblijf in het buitenland.

In het belastingplan 2016 wordt de kwijtschelding na tien jaren geschrapt en blijft de conserverende aanslag voor onbepaalde tijd staan. Ook moet bij iedere winstuitkering, en dus niet alleen bij winstuitkeringen waarbij nagenoeg alle reserves zijn uitgekeerd, naar rato een deel van de conserverende aanslag worden betaald. Met deze maatregelen is bedoeld dat een dga in het buitenland fiscaal niet anders wordt behandeld dan een in Nederland woonachtige dga. Beide kunnen leiden tot dubbele belastingheffing omdat zowel de dividenden als de waardestijging van de aandelen in het buitenland belast kunnen worden.

Deze maatregel treedt per 15 september 2015 in werking. Belangrijkste nadeel is dat om louter fiscale motieven emigreren en tien jaren wachten geen zin meer heeft. Nu nog snel emigreren heeft gelet op de beoogde ingangsdatum geen nut meer. 
Voor dga’s die al in het buitenland wonen geldt nog de oude regeling. Men zal in alle gevallen waarin de aandelen na emigratie worden verkocht, de conserverende aanslag alsnog moeten betalen, maar al geëmigreerde dga’s hebben daar na verloop van tien jaren veelal geen last meer van. 
In alle gevallen is het overigens verstandig om voor de verkoop van aandelen te overleggen met een belastingadviseur.

Verruiming schenkvrijstelling eigen woning

De eenmalig verhoogde vrijstelling voor schenkingen van ouders aan kinderen tussen 18 en 40 jaar die verband houden met de eigen woning wordt (weer) verruimd. De huidige vrijstelling bedraagt € 53.016 en zal per 2017 worden verhoogd naar € 100.000. Daarnaast zal deze vrijstelling niet alleen gelden voor schenkingen van ouder aan kind, waardoor ook schenkingen van derden onder de vrijstelling kunnen vallen. Wel blijft de voorwaarde gelden dat de begunstigde tussen 18 en 40 jaar moet zijn.
De verruiming treedt per 1 januari 2017 in werking.

Aanpassingen tarieven box 1 (werk en woning)

De tarieven en de grondslagen voor de belastingheffing over inkomen uit werk en woning zijn op enkele punten gewijzigd. Zo wordt de tweede en derde schijf verlaagd van 42% naar 40,15%, en wordt de derde schijf verhoogd met € 8.548.  en wordt het tarief van de eerste schijf 36,55%. De voorgestelde wijzigingen hebben wij in de onderstaande tabel opgenomen.

Schijf

Inkomen

IB %

1

€ 0

€ 19.922

36,55%

2

€ 19.923

€ 34.027

40,15%

3

€ 34.028

€ 66.421

40,15%

4

€ 66.422

-

52%


De hierboven opgenomen tarieven en schijven treden per 1 januari 2016 in werking.

Heffingskortingen 

Algemene heffingskorting

De algemene heffingskorting wordt in 2015 niet verder afgebouwd dan tot een bedrag van € 1.342. Per 2016 wordt de algemene heffingskorting afgebouwd tot nihil voor inkomens boven de € 66.000.


Arbeidskorting

De maximale arbeidskorting wordt per 2016 met € 233 verhoogd. Voor hogere inkomens geldt dat de arbeidskorting net als in 2015 lager is naarmate het inkomen stijgt, met als belangrijk verschil dat de arbeidskorting naar nihil wordt afgebouwd. In 2015 geldt nog altijd een minimale arbeidskorting van € 184 voor personen met een arbeidsinkomen van meer dan € 100.670.

Download hier deze nieuwsflits als pdf 

Vragen?

Mocht u nog vragen hebben naar aanleiding van deze nieuwsflits of meer informatie willen dan kunt u contact opnemen met Ivo Janssens of met uw eigen contactpersoon bij Delissen Martens T + 31 70 311 54 11.

Deze Nieuwsflits is slechts een algemene weergave van het geldende recht. Het kan op geen enkele wijze als advies in uw specifieke situatie dienen.

Gepubliceerd op: 16 september 2015 in Belastingrecht
Vragen?
Neem contact op met Ivo (I.J.) Janssens
Belastingplan 2016; De highlights voor de dga en vermogend particulier
Delen: